Subsidie voor het eerste veilige en duurzame huis, voor gezinnen die op de rand van hun waardigheid staan of gevaar lopen. Verder de ondersteuning en bevordering van geïsoleerde bevolkingsgroepen, die geen hulp hebben bij sanitaire voorzieningen en elektrificatie, door de implementatie van ecologische badkamers, het opvangen van grondwater en de implementatie van systemen voor de opwekking en opslag van elektrische energie, voor pompen, verlichting, koeling en irrigatie.
Daarnaast proberen we ook steun en promotie te bieden aan geïsoleerde bevolkingsgroepen, die geen hulp hebben bij sanitaire voorzieningen en elektrificatie, door de implementatie van ecologische badkamers, het opvangen van grondwater en de implementatie van systemen voor de opwekking en opslag van elektrische energie, voor pompen, verlichting, koeling en irrigatie.
Voor acties op het gebied van menselijke en sociale ontwikkeling is de Stichting Oakpar is gebaseerd op de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen van de VN, waarbij haar activiteiten zonder grenzen zijn opgezet, met als hoofddoel het uitvoeren van projecten voor een betere toekomst.
6.1 Tegen 2030 universele en gelijke toegang tot veilig drinkwater voor iedereen verwezenlijken.
6.2 Tegen 2030 toegang tot adequate en rechtvaardige sanitaire voorzieningen en hygiëne voor iedereen bereiken, en een einde maken aan de ontlasting in de open lucht, met speciale aandacht voor de behoeften van vrouwen en meisjes en mensen in kwetsbare situaties.
6.4 Tegen 2030 de efficiëntie van het watergebruik in alle sectoren aanzienlijk verhogen en zorgen voor een duurzame onttrekking en aanvoer van zoet water om de waterschaarste aan te pakken, en het aantal mensen dat onder waterschaarste lijdt substantieel verminderen.
3.3 Tegen 2030 een einde maken aan de epidemieën van AIDS, tuberculose, malaria en verwaarloosde tropische ziekten, en hepatitis, door water overgedragen ziekten en andere overdraagbare ziekten bestrijden.
3.9 Tegen 2030 het aantal sterfgevallen en ziekten als gevolg van gevaarlijke chemicaliën, vervuiling en vervuiling van lucht en water substantieel verminderen.
2.1 Tegen 2030 een einde maken aan de honger en ervoor zorgen dat alle mensen, in het bijzonder de armen en mensen in kwetsbare situaties, inclusief kinderen, het hele jaar door toegang hebben tot veilig, voedzaam en voldoende voedsel.
2.3 Tegen 2030 de landbouwproductiviteit en het inkomen van kleine voedselproducenten, met name vrouwen, inheemse volkeren, familiale boeren, herders en vissers, verdubbelen, onder meer door veilige en gelijke toegang tot land, andere productieve hulpbronnen en inputs, kennis, financiële diensten, markten en mogelijkheden voor waardetoevoeging en niet-agrarische werkgelegenheid.
2.4 Zorg tegen 2030 voor duurzame voedselproductiesystemen en implementeer veerkrachtige landbouwpraktijken die de productiviteit en productie verhogen, die helpen ecosystemen in stand te houden, die het vermogen versterken om zich aan te passen aan klimaatverandering, extreme weersomstandigheden, droogtes, overstromingen en andere rampen, en die geleidelijk de verbetering van de voedselproductie bevorderen. de kwaliteit van land en bodem.
1.5 Tegen 2030 de veerkracht opbouwen van de armen en mensen in kwetsbare situaties, en hun blootstelling aan en kwetsbaarheid voor klimaatgerelateerde extreme gebeurtenissen en andere economische, sociale en ecologische schokken en rampen verminderen.
12.2 Tegen 2030 een duurzaam beheer en een efficiënt gebruik van natuurlijke hulpbronnen bereiken.
12.8 Er tegen 2030 voor zorgen dat mensen overal ter wereld over relevante informatie en bewustzijn beschikken over duurzame ontwikkeling en levensstijlen in harmonie met de natuur.
11.1 – Garandeer tegen 2030 ieders toegang tot veilige, adequate en betaalbare huisvesting en basisvoorzieningen en upgrade favela’s.
11.3 – Tegen 2030 de inclusieve en duurzame verstedelijking en de capaciteiten voor de planning en het beheer van participatieve, geïntegreerde en duurzame menselijke nederzettingen in alle landen vergroten.
11.5 – Tegen 2030 het aantal sterfgevallen en het aantal mensen dat door rampen wordt getroffen aanzienlijk verminderen en de directe economische verliezen die daardoor worden veroorzaakt in verhouding tot het mondiale bruto binnenlands product substantieel verminderen, inclusief watergerelateerde rampen, met de nadruk op de bescherming van arme en mensen in kwetsbare situaties.
11.7 – Zorg tegen 2030 voor universele toegang tot veilige, inclusieve, toegankelijke en groene openbare ruimtes, vooral voor vrouwen en kinderen, ouderen en mensen met een handicap.
11.a – Positieve economische, sociale en ecologische betrekkingen tussen stedelijke, voorstedelijke en plattelandsgebieden ondersteunen, waardoor de nationale en regionale ontwikkelingsplanning wordt versterkt.
11.b – Tegen 2020 het aantal steden en menselijke nederzettingen substantieel vergroten door het aannemen en implementeren van geïntegreerd beleid en plannen voor inclusiviteit, hulpbronnenefficiëntie, mitigatie van en aanpassing aan de klimaatverandering, en veerkracht bij rampen; en, in lijn met het Sendai Framework for Disaster Risk Reduction 2015-2030, een holistisch rampenrisicobeheer op alle niveaus ontwikkelen en implementeren.
11.c – Steun de minst ontwikkelde landen, onder meer door middel van technische en financiële hulp, voor duurzame en veerkrachtige constructie, met gebruikmaking van lokale materialen.
10.2 Tegen 2030 de sociale, economische en politieke inclusie van iedereen versterken en bevorderen, ongeacht leeftijd, geslacht, handicap, ras, etniciteit, afkomst, religie, economische of andere omstandigheden.
10.3 Zorg voor gelijke kansen en verminder de ongelijkheid in uitkomsten, onder meer door het elimineren van discriminerende wetten, beleid en praktijken en het bevorderen van passende wetgeving, beleid en acties in dit verband.
7.2 – Tegen 2030 het aandeel hernieuwbare energie in de mondiale energiematrix substantieel vergroten.
16.1 Alle vormen van geweld en de daarmee samenhangende sterftecijfers overal aanzienlijk terugdringen.
13.1 Versterk de veerkracht en het aanpassingsvermogen ten aanzien van klimaatgerelateerde risico’s en natuurrampen in alle landen.
13.3 Verbeter het onderwijs, vergroot het bewustzijn en de menselijke en institutionele capaciteit op het gebied van de beperking van de klimaatverandering, de aanpassing, de vermindering van de impact en de vroegtijdige waarschuwing.